Een preventieadviseur ondersteunt de werkgever bij het naleven van de welzijnswet. Elke ondernemer die iemand in loondienst heeft moet een interne preventieadviseur hebben en moet de welzijnswet naleven. Bij minder dan 20 werknemers mag de werkgever zelf optreden als preventieadviseur. In het ander geval zal hij iemand anders moeten aanstellen voor de functie van preventieadviseur.
De opleiding die de preventieadviseur moet genoten hebben is afhankelijk van de grootte van het bedrijf in aantal werknemers en de aard van de activiteit (zie hieronder).
Tijdens deze opleiding komen de verschillende aspecten van het preventiebeleid binnen een onderneming uitgebreid aan bod:
- wat omschrijft de basiswetgeving?
- wat is de motivering?
- hoe inventariseert men risico's en evalueert men ze?
- welke zijn de mogelijke zorgsystemen en eventuele andere hulpmiddelen?
- welke zijn de technische onderwerpen?
- wat is de structuur en wat zijn de middelen van een actief preventiebeleid?
Programma
Multidisciplinaire basismodule (120u)
Module B1: Inleiding
- Uitgebreide kennismaking en voorstelling cursusprogramma & evaluatiesysteem
- Opdrachten preventiedienst, comité & preventieadviseur
- Algemeen wettelijk kader m.b.t. welzijn op het werk
- Werking van de externe preventiediensten
Module B2: Basisprincipes
- Humane, sociale, economische aspecten welzijnsbeleid
- Juridische aspecten i.v.m. welzijn op het werk
- Milieu-aspecten met invloed op het welzijn van de werknemers
Module B3: Opsporen van de risico’s
- RI&E: concept, definities, inventaris, actieterreinen
- Risico-analyse methoden
- HAZOP, FMEA, taakanalyse, vlinderdasmodel
- Arbeidsongevallen, feitenboom
- Arbeidsongevallenverzekering – wetgeving, administratie, ongevallensteekkaart en intern ongevallenonderzoek
- Beroepsziekten en epidemiologie
Module B4: Inleiding tot de analyse en preventieprincipes van de specifieke preventiedisciplines
- Arbeidshygiëne
- Opdrachten arbeidsgeneesheer
- Brandpreventie en omgevingsrisico’s
- Fysische agentia: lawaai & trillingen
- Fysische agentia: ioniserende & niet ioniserende stralingen
- Persoonlijke beschermingsmiddelen
- Ergonomie en werkplaatsinrichting, hef- en tiltechnieken, beeldschermwerk
- Psychosociale belasting en beroepsstress
- Inkoop, indienststelling, gegevensverzameling- en verwerking
- Machine- en installatiebeveiliging
- Heftoestellen, hijstoestellen
- Elektrische risico’s
Module B5: Preventie en welzijnsbeleid
- Toezichthoudende instanties
- Het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW)
- Dynamisch risicobeheersingsysteem, globaal preventieplan en jaarlijks actieplan
- Jaarverslag – maandverslag
- Informatie, onthaal, opleidingsbeleid
- Werken met uitzendkrachten, VCU
- EHBO : organisatie & maatregelen
- Motivatie, animatie en informatie
- Communicatie- en vergadertechnieken
- Informatiebronnen en samenwerkingsmogelijkheden
- Praktijkoefening met Codex en ARAB
- Bezoek aan het Provinciaal Veiligheidsinstituut
- Schriftelijke toetsing basismodule
Programma Specialisatiemodule van het tweede niveau (90u)
Module S1: Algemene kennismodule
- Uitgebreide kennismaking, voorstelling cursusprogramma & evaluatiesysteem
- Ergonomie en ergonomische risico-analyse van een arbeidspost
- Psychosociale aspecten, pesten, stalking, agressie
- Strategieën voor risico-evaluatie en beheer
- Praktijkoefening risicoanalyse a.d.h.v. een bedrijfsbezoek
- Analyse arbeidsongevallen
- Welzijnsreglementering
- Toepassing welzijnsreglementering in de praktijk
- Technisch en administratief beheer van het welzijnsbeleid en het CPBW
- Veiligheidsbeheerssystemen, integrale kwaliteitszorg, opleidings- en informatiebeleid
- Milieuzorgsystemen
- Evaluatiemoment
Module S2: Specifieke domeinenmodule
- Machinerichtlijn
- Machineveiligheid in de praktijk
- Elektrische risico’s in de praktijk
- Gevaarlijke stoffen & arbeidshygiëne
- Organisatie noodplan, evacuatie
- Bezoek bedrijf uit de procesindustrie
- Brand : wetgeving en basisprincipes
- Preventiemaatregelen bij lassen, branden en werken in besloten ruimtes
- Veiligheid in de bouwsector – bouwrisico’s
- Tijdelijke of mobiele bouwplaatsen
- Basis veiligheid gebouwen
- Schriftelijke toetsing module
- Voorstelling en verdediging van eindwerk
Voor wie
Medewerkers van organisaties en bedrijven die op termijn de functie van preventieadviseur niveau 2 wensen uit te voeren en voldoen aan onderstaande toelatingsvoorwaarden:
- Ofwel houder zijn van een diploma hoger secundair onderwijs/hogere secundaire leergangen
- Ofwel houder zijn van een getuigschrift van basisvorming preventie niveau 3 en een nuttige praktische ervaring hebben van minstens vijf jaar in een interne of externe dienst. (afwijkingsmaatregel via KB 29-1-2013) Deze 5 jaar praktische ervaring begint pas te lopen na het behalen van het getuigschrift Preventieadviseur niveau 3.
Deze cursus behandelt enkel de Belgische invulling van de Europese regelgeving. In Nederland is die vaak afwijkend. Het getuigschrift ‘preventieadviseur niveau 2’ kan in Nederland worden erkend als MVK-diploma, mits gunstig advies van Hobeon SKO. Informeer je hierover voordat je jezelf inschrijft. Als Nederlandse cursist moet je een van de onderstaande documenten kunnen voorleggen om te starten aan de multidisciplinaire basismodule:
- einddiploma van het Voorbereidend Wetenschappelijk Onderwijs (VWO)
- einddiploma van het middelbaar beroepsonderwijs met kwalificatieniveau 4 (MBO4)
- getuigschrift van met goed gevolg afgelegd propedeutisch examen
- einddiploma van het hoger beroepsonderwijs met volledig leerplan
Bedrijven van het Type D hebben minder dan 20 werknemers en daar kan de zaakvoerder de functie uitoefenen als preventieadviseur. Een goede basiskennis is hier voldoende.
Bedrijven van het type C hebben tussen de 20 en 199 werknemers en hier moet een niet leidinggevende aangesteld worden als preventieadviseur. Een basisopleiding van het niveau 3 kan hier al voldoende zijn.
Bedrijven van het type B hebben tussen de 200 en 999 werknemers en hier moet de preventieadviseur een opleiding genoten hebben van minimum niveau 2.
Opgelet: Het bedrijf wordt als type B beschouwd:
vanaf 100 werknemers, als de activiteiten onder kleine risico’s vallen.
Vanaf 50 werknemrs, als de activiteiten onder zware risico’s vallen.
Vanaf 20 werknemers, als de activiteiten onder zeer zware risico’s vallen.
Bedrijven van het type A zijn bedrijven vanaf 1000 werknemers in dienst en hier moet de preventieadviseur een opleiding genoten hebben van minimum niveau 1.
Opgelet: Het bedrijf wordt als type A beschouwd:
vanaf 500 werknemers, als de activiteiten onder kleine risico’s vallen.
Vanaf 200 werknemrs, als de activiteiten onder zware risico’s vallen.
Vanaf 50 werknemers, als de activiteiten onder zeer zware risico’s vallen.
Examens, getuigschrift / diploma en vrijstellingen
Naast de schriftelijke examens maak je ook een individueel eindwerk dat je verdedigt voor een jury. Je eindwerk behandelt een toepassing uit je eigen bedrijfsrealiteit waardoor de opleiding onmiddellijk rendeert voor de deelnemer en het bedrijf. Aan het einde van de opleiding ontvangen de geslaagde cursisten een door de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg erkend getuigschrift (deze opleiding is in samenwerking met Syntra Midden-Vlaanderen).
Materiaal en extra kosten
Deze opleiding bestaat uit 2 modules, waarbij de eerste module (= de multidisciplinaire basismodule) gevolgd wordt door de tweede module (= specialisatiemodule van niveau 2). Een basisopleiding preventie (niveau 3) geeft geen vrijstelling voor de eerste module.
Inbegrepen in het cursusgeld: het cursusmateriaal, koffie tijdens de pauze en belegde broodjes tijdens de middagpauze.
De opleiding wordt in principe 2 keer per jaar georganiseerd.
- De opleiding die start begin september omvat 35 lesdagen, telkens op donderdag, maar niet in de schoolvakanties. Het einde van de opleiding is voorzien eind juni.
- De opleiding die start in januari omvat 35 lesdagen, telkens op maandag, maar niet in de schoolvakanties. De basismodule eindigt eind juni en de aanvang van de specialisatiemodule is begin september. Het einde van de opleiding is voorzien in januari van het daaropvolgende jaar.
Het volledige lessenrooster ontvangt u tijdens de eerste lesdag.
Meer informatie kan u verkrijgen bij Kristel De Jaeck: kristel.de.jaeck@nxt-pro.be of 03/760.08.26
Extra info
De Wet van 4/8/1996 (art 33 §1) betreffende het welzijn van de werknemers bij de uitvoering van hun werk schrijft voor dat elke werkgever verplicht is een Interne Dienst voor Preventie en Bescherming op te richten. Daartoe dient elke werkgever over ten minste één preventieadviseur te beschikken.
Het KB van 27/3/1998 bepaalt dat volgende preventieadviseurs met vrucht een erkende cursus van het tweede niveau moeten beëindigd hebben (meer uitleg over de onderverdeling van werkgevers in groepen A-B-C en D vindt u in art. 3 van het KB):
- preventieadviseurs tewerkgesteld door een werkgever behorende tot groep B
- preventieadviseurs tewerkgesteld (maar niet-leidinggevend) door een werkgever behorende tot groep A.